Ervaringskennis als een bron van kennis is al langere tijd niet meer weg te denken uit jeugdhulp. Onze collega Lieke Helmes deed vorig jaar onderzoek naar cliëntperspectief en publiceerde de resultaten in een uitgebreide visuele checklist, boordevol voorbeelden in onze provincie. Daarnaast heeft Trias Jeugdhulp gestart met een implementatietraject ervaringsdeskundigheid en samen met hogeschool Windesheim een projectaanvraag opgesteld. De visuele checklist en de projectaanvraag vormden het startpunt voor de impulsaanvraag Leernetwerk Ervaringsdeskundigheid Jeugd Overijssel (LEJO) van het lectoraat GGZ en Samenleving van Windesheim in samenwerking met Trias Jeugdhulp.

Uit onderzoek blijkt dat er een brede behoefte is onder diverse organisaties in Overijssel aan een leernetwerk waarbij ervaringskennis gezamenlijk wordt geïmplementeerd. Echter, ervaringskennis wordt vaak toegepast zonder duidelijke visie en plan van aanpak, waardoor het niet leidt tot aantoonbare veranderingen in het zorgbeeld.

Het Expertisenetwerk Jeugd Overijssel heeft daarom een impuls gegeven aan een voorverkenning voor het netwerk. De voorverkenning heeft inmiddels geresulteerd in een impulsaanvraag voor de inzet van ervaringskennis in de jeugdzorg voor het opzetten van het Leernetwerk Ervaringsdeskundigheid Jeugd Overijssel (LEJO). We spraken met Alie Weerman, lector GGZ en Samenleving en gespecialiseerd in ervaringsdeskundigheid, en Merel van Mansom, senior onderzoeker en projectcoördinator van de voorverkenning voor de LEJO.

Waarom is dit netwerk belangrijk voor de jeugdzorg?

Het netwerk moet ervoor zorgen dat ervaringskennis en ervaringsdeskundigheid een vanzelfsprekend onderdeel wordt in de jeugdzorg van Overijssel. Jeugdzorgorganisaties, jeugdbescherming, gemeenten, ervaringsdeskundigen en andere betrokkenen zullen kennis, competenties, visie en beleid ontwikkelen, maar de focus ligt op het implementeren hiervan. Op deze manier wordt een proces ingang gezet waarbij ervaringsdeskundigheid als noodzakelijke bron van kennis wordt opgenomen in alle geledingen van organisaties. De inzet van ervaringsdeskundigheid bij organisaties die zich inzetten voor jeugdigen met meervoudige en complexe vraagstukken zal ervaringskennis binnen de jeugdhulp aanzienlijk.

Doel van het netwerk

We erkennen dat de ervaringen van jeugdigen en (pleeg)ouders waardevolle inzichten bieden die essentieel zijn voor het verbeteren van de jeugdzorg.  Het oogmerk van het netwerk is het geven van een gelijkwaardige en wederkerige positie aan jeugdigen en (pleegouders) en hun ervaringen en verhalen te benutten en te zien als vertrekpunt voor goede en passende hulpverlening. Ook professionals kunnen eigen ervaringen hebben in de jeugdzorg, ook deze ervaringen kunnen als ervaringskennis beter benut worden.  Door ervaringskennis te verbinden met professionele en wetenschappelijke kennis en  te verankeren binnen organisaties kunnen hulpvragen vanuit verschillende perspectieven beantwoord worden.    

Hoe gaat het netwerk te werk?

Wat van belang is bij dit netwerk is dat er samen geleerd en gewerkt wordt vanuit gelijkwaardigheid en wederkerigheid. Daarnaast staat participatie centraal bij LEJO. Dit is de enige manier waarop we samen kunnen ontwikkelen, iedereen moet erbij betrokken worden voor de beste uitkomst. Het gaat er namelijk om dat we niet alleen praten over mensen met ervaringskennis, maar dat we ze ook actief betrekken bij het vormgeven van het netwerk. Gezamenlijk zijn alle betrokkenen en organisaties bezig in leer- en ontwikkelcirkelsmet drie pijlers: visieontwikkeling, implementatie en scholing.  Hierbij is ruimte voor verschillen tussen organisaties, elke organisatie implementeert ervaringskennis weer op een eigen manier. . Op deze manier kunnen organisaties van het netwerk ook van elkaar leren en kennis opdoen over het implementeren in jeugdzorg en jeugdbescherming. Alle organisaties die onderdeel zijn van het netwerk krijgen alle bijeenkomsten en opleidingskosten vergoed maar er is ook een eigen budget beschikbaar om intern waarde te kunnen leveren.

Deze drie pijlers staan centraal in het leernetwerk:

  1. Een gedragen visie op ervaringskennis- en deskundigheid.
  2. Implementeren.
  3. Opleiden.

LEJO.png

Figuur 1: de structuur van het Lerend Netwerk Ervaringsdeskundigheid Jeugd Overijssel

Naast de leer- ontwikkelcrikels zijn er leer- en deelbijeenkomsten voor alle gemeenten en organisaties in Overijssel die hierin geïnteresseerd zijn. In deze bijeenkomsten worden kennis en producten uit de leercirkels gepresenteerd en besproken. Er is ook een adviesgroep, de adviesgroep geeft twee keer per jaar advies over de inhoudelijke voortgang en ontwikkeling van het netwerk.

Het streven is om binnen 2,5 jaar een duurzaam netwerk ontwikkeld te hebben waarbij ervaringskennis op gelijkwaardige wijze wordt benut en geïntegreerd in de jeugdzorg in Overijssel. Dit leidt tot een meer inclusieve en effectieve zorg voor jeugdigen en hun (pleeg)ouders binnen de regio en maakt van ervaringskennis en ervaringsdeskundigheid een vanzelfsprekend onderdeel.

Meer weten?

Als organisatie aansluiten bij dit waardevolle netwerk of meer weten over recente activiteiten of ontwikkelingen? Stuur dan een e-mail naar Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.. Wij zetten je interesse door naar Alie en Merel. Uiteraard volgen we het LEJO en delen de voortgang in onze nieuwsupdates.

Ook een idee voor een impulsaanvraag?

Lees dan hier alles over de mogelijkheden en neem contact op met Joost van den Brink. 

Gerelateerde onderwerpen